“Mijn zusje is twee jaar geleden gestorven: een verkeersongeluk op terugweg van school. Dat zijn we als gezin nooit te boven gekomen. Mijn ouders werden verscheurd door hun verdriet, maar ze probeerden zich ontzettend sterk te houden. Ook ik probeerde mijn leven terug op de rails te krijgen, maar vanbinnen ging ik kapot. De krop in mijn keel leek alleen maar groter te worden en mijn gedachten waren op elk moment van de dag bij Elke. Voor het ongeval waren we echt een sprookjesgezin. Alles was zo perfect. Er werd heel wat afgelachen bij ons in huis. We musiceerden vaak samen en maakten veel uitstapjes. Samen met Elke zijn ook die gelukkige momenten gestorven. Alles werd anders. Met elkaar praten over haar dood was te pijnlijk. Dat probeerden we op de duur zelfs niet meer. Met vriendinnen kon in er in het begin wel over spreken, maar na twee jaar waren zij mijn verhalen ook wel beu gehoord. ‘Het wordt echt tijd dat je de draad weer oppikt en verder gaat met jouw leven’, was de boodschap. Maar dat kon ik niet. Op de dag dat Elke 15 geworden zou zijn, werd het mij echt te veel. Dit leven wou ik niet meer. En de klok terugdraaien kon niet. Een wanhoopsdaad, dat was het. Ik weet het. Maar ik kon echt niet meer. Ik was helemaal op. Toen mijn ouders mij vonden, brachten ze me meteen naar het ziekenhuis. ’s Anderendaags, na een gesprek met de hulpverlener, mocht ik terug naar huis. Mijn ouders waren overstelpt van verdriet, maar beseften op dat moment wel dat het zo niet verder kon. Uren hebben we gepraat over wat er gebeurd was. En over Elke. Over hoe ook zij het moeilijk bleven hebben met haar dood. Samen hebben we gehuild en elkaar beloofd dat we beter zouden zorgen voor elkaar. We zijn ook een tijdlang als gezin in therapie gegaan. Ons rouwproces was nog niet ten einde. Het was zelfs nog niet halfweg, zei de therapeut. Sindsdien zijn we als gezin terug veel hechter geworden. Praten heeft ons echt dichter bij elkaar gebracht. We moeten allemaal nog wennen aan ons nieuwe gezin. En we zullen Elke altijd missen. Haar dood heeft ons veranderd, maar het bepaalt niet langer ons leven. Nu hebben we elkaar teruggevonden. En we weten dat we er altijd voor elkaar zullen zijn. ”